Gevaarlijke situaties op de boot en milieurampen

Tijdens het navigeren kunt met veel gevaarlijke situaties te maken krijgen zoals het hellen en slingeren van het schip, brand, explosies, aanvaringen, schokken, aan de grond lopen, breken en verlies van stabiliteit van de structuur. Als u met een van deze situaties te maken krijgen moet u een van de alarmnummers oproepen. Gevaren op zee kunnen ongelukken veroorzaken die gerelateerd zijn aan het navigeren: zinken, aanvaringen en botsingen, aan de grond lopen, brand of explosies of schade aan de romp of machinerie. Ze hebben allemaal verschillende kenmerken afhankelijk van waar het schip zich bevindt en zijn onderverdeeld in gevaren die het schip tegenkomt op zee , als het schip het anker heeft gelost of als het ligt vastgemeerd aan de kust.

De volgende gevaren vallen onder een speciale categorie:

Zinken

Het zinken van het vaartuig kan worden veroorzaakt door een verlies van drijfvermogen, stabiliteit of rompintegriteit. Het is permanent of voor een zeer lange tijd dat het schip en de lading verloren raken en dus kan het navigeren niet meer worden uitgevoerd. Het verlies van drijfvermogen wordt veroorzaakt doordat water door gaten in het schip of barsten in de romp naar binnen stroomt. Verlies van stabiliteit en het omslaan van het schip worden veroorzaakt door dat er een enorm kantelmomentum dat op zich weer wordt veroorzaakt doordat externe factoren de gewichtsverdeling veranderen. Bovendien is het ook mogelijk dat het vaartuig zinkt als gevolg van sterkte overlangs van het schip of het verschijnen van barsten.

Aanvaringen en botsingen

Met een aanvaring wordt het tegen elkaar botsen van twee of meer boten bedoeld. Een ongeval wordt gezien als een gebeurtenis waarbij de rompen van de schepen elkaar niet hebben geraakt maar dat alleen delen van hun apparatuur hebben geraakt. Als een schip in aanraking komt met vaste objecten of drijvende apparatuur noemen we dat een schok. Een aanvaring tussen twee of meer vaartuigen kan leiden tot schade variërend van zeer weinig tot desastreus, met mogelijk doden en gevolgen voor de lange termijn voor het milieu. Daarom hebben dit soort ongelukken de hoogste prioriteit als ze voorkomen.

Vastlopen aan de grond

Bijna een derde van de ongelukken op zee bestaan uit het aan de grond lopen. Met aan de grond raken bedoelen we dat de romp langer dan 15 minuten in aanraking komt met de zeebodem of de kustlijn. Er is een verschil tussen zwaar en stabiel aan de grond raken. Met zwaar aan de grond raken wordt bedoeld schade aan de romp en het milieu, en hoewel er geen fysieke schade is, zijn er wel de kosten voor het drijvend houden van het schip. Als het schip aan de grond raakt op de ligplaats of net buiten de kust als gevolg van het slecht voorbereiden van het schip of een defect in de apparatuur van het schip, moeten onder invloed van de wind en de golven de apparatuur en het gereedschap zo goed mogelijk aan land worden gebracht. Aan de grond raken is vaak een gevolg van een defect aan de machinerie tijdens de reis, een defect aan het besturingssysteem van het schip of de apparatuur daarvan.

Brand en explosies

Brand aan boord is het gevolg van verschillende oorzaken; als we echter goede maatregelen nemen kan het worden voorkomen of worden beperkt. Brand wordt meestal veroorzaakt door onverwachte omstandigheden, en als er gevaar is. Een explosie aan boord leidt tot schade aan de boot, apparatuur of lading, en kan mensenlevens en het milieu in gevaar brengen.
Factoren die het gevaar van een explosie bepalen:
– Type vaartuig,
– Type lading welke wordt getransporteerd.
Brand of een explosie wordt meestal veroorzaakt door een aanvaring of door het negeren van de veiligheidsprocedures door de bemanning op het schip. Als de brand aan boord niet snel onder controle wordt gebracht kan het tot ernstige structurele schade leiden en een directe bedreiging zijn voor mensenlevens.